Woensdagmiddag. Dochter heeft hard gefietst en komt hijgend thuis uit school. Ze brandt meteen los. “Ik heb strafwerk. De docent van Frans vindt mijn schrift rommelig. Ze zegt ook dat ik een opdracht niet heb overgeschreven van het bord. Dat is niet waar, want dat heb ik wel gedaan. Maar ze had zo’n haast en ik kreeg de kans niet om dit te zeggen. Voor ik het wist stond ze alweer bij de volgende leerling. Ik kon kiezen. Óf morgenmiddag nakomen, óf al mijn huiswerk van dit schooljaar opnieuw maken. Ik heb het laatste maar gekozen.”
Perplex kijk ik dochter aan. Ze is op school niet zo mondig en als ik niet ingrijp, zal ze het allemaal over zich heen laten komen. “Maandag moet het af zijn, dus ik maak het zaterdag wel. Maandag heb ik ook twee toetsen, maar dat moet wel lukken.” Dochter is dus werkelijk van plan om het strafwerk te maken, maar hier steek ik resoluut een stokje voor. Ze heeft wel wat beters te doen.
Als de storm weer een beetje is gaan liggen, stuur ik een bericht naar de docent. In mijn mail vertel ik haar dat ze dochter strafwerk heeft gegeven, omdat haar werk niet netjes zou zijn. Dit is niet zo gek. Dochter heeft ADHD en het zal in de toekomst zeker vaker gebeuren. Haar schrift is een afspiegeling van de chaos in haar hoofd. Vaak staan er zelfs nog tekeningen bij. Aan de docent leg ik uit dat dochter het strafwerk niet hoeft te maken. In plaats daarvan vraag ik de docent om begrip. Hopelijk wil ze in de toekomst rekening houden met (de ADHD) van dochter en verzint ze creatievere straffen. Van nablijven en strafwerk maken, leren kinderen namelijk niks.
Een dag later krijg ik een reactie. Dochter had niet opgeschreven wat er op het bord stond en alles wat de docent bespreekt, moet genoteerd worden. Anders kunnen leerlingen de toetsen niet goed leren. Ook geeft ze soms cijfers voor het huiswerk. Ze vindt het vervelend dat ik dochter heb gezegd dat ze het strafwerk niet hoeft te maken. Volgens haar moeten leerlingen met ADHD juist goed gecontroleerd worden. Dit is de extra aandacht die ze dochter kan geven. Het gaat tenslotte om het halen van goede cijfers.
Stoom uit mijn oren. Alles draait, zoals gewoonlijk, weer om de cijfers. Deze docent kan zoveel vervelend vinden en dat mail ik haar dan ook. Dochter had de opdracht wel af en maakt haar huiswerk altijd. Ze doet haar stinkende best voor school en loopt de kantjes er absoluut niet van af. Maar bij dochter hoort chaos. Natuurlijk mag een docent hier iets van vinden en zeggen, maar hier geef je geen strafwerk voor. Wat helpt is het geven van tips en adviezen en kijken naar wat er allemaal wel goed gaat. Dat is extra aandacht.
Mijn mail naar de docent sluit ik af met een boekentip. Hyper Sapiens, praktische gids voor mensen met ADHD. Geschreven door Sandra Kooij en mij. Hopelijk doet ze er haar voordeel mee, ik beveel het haar van harte aan.