“Het moet gezegd. Deze aflevering van ADHDennis was een stuk beter dan de missers van vorige week. Eindelijk emoties. En dat is ook precies wat een pas gestelde diagnose met je doet, omdat het zoveel verklaart. Alles valt op de plek. Nu hopelijk nog een goede behandeling…”, schreef ik ruim 2 weken geleden op Twitter. We hadden net kunnen zien hoe Dennis werd gediagnostiseerd en wat dit met hem deed.
Bij de psychiater werd een hele uitgebreide vragenlijst doorgenomen. Zijn moeder was erbij, omdat zij zich veel over zijn jeugd kon herinneren. En zijn vrouw was er ook om te vertellen hoe zij er tegenaan keek. Het was eigenlijk best verdrietig om te zien. Ze moesten namelijk alle vragen volmondig met ‘ja’ beantwoorden. En dit betekende dus dat de diagnose ADHD officieel kon worden gesteld.
Op dat moment gebeurde er iets. De altijd maar stoere Dennis met zijn grote mond, bleek een klein hartje te hebben. Hij was duidelijk opgelucht, maar reageerde ook heel emotioneel en hij zag ongetwijfeld zijn leven in een flits aan hem voorbijgaan. Zonder de oorzaak te weten, was er vreselijk veel misgegaan. Dat doet iets met je.
Bij veel mensen met ADHD zal het een gevoel van herkenning op hebben geroepen. Bij mij in ieder geval wel. Mijn hele jeugd, en later ook op volwassen leeftijd, heb ik me anders gevoeld. Mijn rapporten op school waren altijd negatief. Als ik weer eens voor straf bij de directeur op zijn kantoortje zat tijdens de handwerkles, omdat ik mijn best niet zou doen, was ik ongelofelijk boos en verdrietig, want dat deed ik wel. Het lukte me gewoon niet om een draad door de naald te krijgen. Hier kon ik niks aan doen.
Met gym werd ik altijd als laatste gekozen. Ook daar deed ik heus wel mijn best, maar het was voor mij onmogelijk om op een normale manier een bal te vangen. Met mij in het team zouden ze gegarandeerd verliezen. Dus bleef ik alleen over. En zo ging het met heel veel dingen. Mijn middelbare school, mijn stages, mijn baantjes, mijn vriendjes. Alles verliep altijd anders dan bij anderen. Mijn positieve inslag hield me op de been.
Toen ik zelf moeder werd en zoon en dochter beiden ADHD bleken te hebben, ging er bij mij eindelijk een belletje rinkelen. Wat leken ze toch veel op mij. Het was alsof er een spiegel voor werd gehouden. Hoe kon dit nou? Zou ik dan ook ADHD hebben?
Pas jaren later durfde ik de stap te zetten en te laten onderzoeken of er inderdaad sprake was van ADHD. Na veel uitgebreide testen bleek dit inderdaad zo te zijn. Toen ik de diagnose kreeg, was ik opgelucht, blij en verdrietig te gelijk. De diagnose zou van mij geen ander mens maken, maar ik begreep nu wel dat mijn gedrag een oorzaak had en dat het dus niet kwam omdat ik een slecht mens was.
Na veel gemiste kansen kreeg ik eindelijk een goede behandeling. Daar ben ik dankbaar voor. Toch denk ik vaak: had ik het allemaal maar veel eerder geweten. Het had heel veel verdriet in mijn leven gescheeld.