Suzan Otten-Pablos
“Het is net een film! Je weet nooit hoe het afloopt!” Met deze woorden houdt dochter de humor er maar een beetje in. Maar eigenlijk is het bloedserieus, want we weten nog niet of ze dit jaar overgaat naar de volgende klas. Hoe ze er nu voor staat, is ze een bespreekgeval. Maar of dit ook zo blijft, hangt af van de komende toetsweek. Het is deze keer – letterlijk – alles of niets.
We kunnen veel zeggen, maar spannend maakt ze het in ieder geval wel. Het afgelopen jaar was er één met ups en downs. De ene keer een hoop onvoldoendes op haar lijst die ze vervolgens weer wegwerkte om toch over te kunnen gaan. Een grillige leerlijn die ik bij zoon nooit zo heb gezien. Hij houdt het gewoon ‘lekker saai’. Bij hem geen spectaculair gedoe, we weten al dat hij is bevorderd.
Nu het erop aankomt, zit de stress er bij dochter goed in. En bij mij dus ook. Ze heeft er geen trek in om dit jaar over te moeten doen, dus ze leert nu of haar leven ervan af hangt. Ze doet echt haar best. Maar de druk is voor haar nu eigenlijk veel te hoog. Ze moet (vooruit) plannen en een boel concentratie op kunnen brengen. Niet echt eenvoudig voor een meisje met ADHD.
We mogen blij zijn dat ze überhaupt een bespreekgeval is. Dat was ze vorig jaar ook. Om dezelfde reden: ze staat een 3 voor wiskunde. En met een 3 op je rapport blijf je normaal gesproken gewoon zitten. Maar voor dochter is dit anders. Omdat ze dyscalculie heeft, mag ze voor wiskunde een laag cijfer hebben. Dit wel onder de voorwaarde dat ze volgend jaar een profiel kiest waar dit vak niet in zit.
Geen probleem. Wat wel een probleem is, is de docent. Alle leerkrachten hebben de werkhouding van dochter met een goed of met een voldoende beoordeeld, behalve deze meneer. Hij vond het nodig om haar een onvoldoende te geven voor haar houding. Ontzettend kinderachtig en onbegrijpelijk. Een kind met dyscalculie geen waardering geven voor de inzet, hoe kom je erop? Dochter wil juist ontzettend graag, maar kan het echt niet. En dat is zo al triest genoeg.
Een hoop zenuwen dus hier. Aan mij de taak om alles een beetje gladjes te laten verlopen. Te zorgen voor voldoende eten, rust en slaap. Maar ook voor voldoende medicijnen. Zonder haar pilletjes komt dochter gewoon echt niet tot leren. En misschien wel het belangrijkste: positief blijven. De laatste loodjes wegen altijd het zwaarst, maar als we een weekje verder zijn, is alle ellende al voorbij. Weer een weekje later weten we of het harde werken zin heeft gehad en kunnen we hopelijk taart eten. En nog een weekje later zijn we op vakantie. Een heerlijk vooruitzicht. Dus als dochter er even doorheen zit, moet ze hier maar aan denken. Meer dan haar best doen kan ze niet. Deze stress is tijdelijk en bijna voorbij. En zeg nou eerlijk: hoe fijn is dat?