Het is vreselijk. De psychiatrie is in de greep van de commercie. Veel psychologen en psychiaters die meewerken aan de inhoud van de nieuwe Bijbel voor de psychiatrie, de DSM-5, hebben namelijk banden met de farmaceutische industrie. Volgens Amerikaanse onderzoekers is er daarom bij maar liefst tweederde van de meewerkende psychologen en psychiaters sprake van belangenverstrengeling. En dat is voor de Volkskrant natuurlijk voorpaginanieuws.
Nou ben ik geen psycholoog of psychiater, maar ik zou echt met liefde een logo van een geneesmiddelenfabrikant op mijn website willen plaatsen of een sticker op mijn auto willen plakken. En vervolgens wil ik er met nog meer liefde, zichtbaar, mee door het land gaan toeren. Niet omdat ik een huissponsor zoek voor mijn duistere activiteiten en ook niet omdat ik in het geheim rijk wil worden. Wel om bijvoorbeeld meer psycho-educatie te kunnen geven op scholen en om mijn werk dus efficiënter en beter te kunnen doen.
Voor mijn cliënten is namelijk, wat mij betreft, alleen de beste zorg goed genoeg. En dit geldt natuurlijk ook voor de meeste psychologen en psychiaters. Maar volgens de onderzoekers ligt het anders. De meeste banden met de medicijnindustrie komen volgens hen voor bij psychologen en psychiaters die zich bezighouden met ziektebeelden waarbij het voorschrijven van medicatie vaak de eerste behandeloptie is.
En daar wringt de schoen. Want volgens de onderzoekers zijn psychologen en psychiaters die banden hebben met de farmaceutische industrie niet onafhankelijk. Ze spannen stiekem samen om kwalijke doelen te realiseren. Het zijn samenzweerders en ze willen er alleen maar financieel beter van worden. En met de kritiek dat een aantal nieuwe diagnoses in de DSM-5 normaal gedrag zou medicaliseren moet natuurlijk ook rekening worden gehouden. Om deze reden moeten artsen die de richtlijnen in de nieuwe DSM-5 opstellen streng worden beoordeeld op onafhankelijkheid.
Wat een onzin. Door een sticker van een geneesmiddelenfabrikant op mijn auto te plakken word ik heus niet minder deskundig. En ook niet minder betrouwbaar. Dat is voor psychologen en psychiaters niet anders. Die worden ook niet minder objectief doordat ze connecties hebben met de farmaceutische industrie. Een psycholoog of psychiater die banden heeft met deze industrie heeft vaak juist heel veel expertise in huis, omdat farmaceuten alleen willen samenwerken met experts.
En dan is er nog iets. Het onderzoek is alleen voorpaginanieuws in de Volkskrant. Uitgerekend de krant die voordurend schrijft over de vermeende medicalisering en het toegenomen aantal ADHD -diagnoses. Je zou er bijna wat van gaan denken. Misschien heeft de krant wel geheime banden met bepaalde politieke partijen, die toevallig dezelfde mening over dit onderwerp hebben.
Het is daarom dus maar nog maar de vraag wie hier nou werkelijk wie beïnvloedt. En nu we het er toch over hebben; de belangrijkste inkomstenbron van een krant is het geld wat verdiend wordt aan adverteerders. Want zonder advertenties geen krant. De pot verwijt in dit geval dus de ketel. En laten we even eerlijk zijn. Er spelen genoeg belangrijkere en relevantere zaken in de wereld die een plek op de voorpagina verdienen.
Want als het nu ook nog een trend wordt om, naast kinderen en ouders, psychologen en psychiaters te gaan stigmatiseren is het einde zoek. De meeste psychologen en psychiaters hebben namelijk vaak banden met de farmaceutische industrie omdat ze expert zijn en omdat ze een goede en betrouwbare patiëntenzorg voor ogen hebben. Niet om geniepig rijk te worden.
Laten we het dus even gezellig houden met zijn allen. Het gaat de psychologen, psychiaters en de farmaceuten over het algemeen niet om macht, maar om het doen van degelijk, goed onderbouwd, wetenschappelijk onderzoek. Als we onafhankelijkheid belangrijker gaan vinden dan kwaliteit doen we patiënten en behandelaars ernstig tekort. Want dan komen er geen nieuwe medicijnen meer, sturen we de experts naar huis en is het gedaan met onze goede zorg.