Nederland heeft dit weekend weer kunnen smullen van een knap staaltje polariserende journalistiek. En voor de afwisseling is deze keer de Stichting ADHD Netwerk het, onterechte, mikpunt van kritiek. Een journaliste van de Volkskrant die bij de ADHD Netwerkmeeting binnenkwam onder het motto “iets over ADHD te willen leren”, blijkt namelijk een journaliste te zijn met een verborgen agenda.
Want het verhaal over de banden met de Big Farma lag natuurlijk allang klaar, alleen de poppetjes moesten er nog even worden ingekleurd. Het was gewoon weer de hoogste tijd om iets smeuïgs over ADHD te schrijven. En met smeuïg bedoel ik iets hips wat lekker bekt. Vooral niet wetenschappelijk onderbouwd, ook niet genuanceerd en al helemaal niet gericht op waarheidsvinding. Natuurlijk niet. Dat leest niet leuk. En dat het artikel schadelijk is van het begin tot het eind, kleinigheidje, nou en.
De lezers van het artikel wanen zich zo ongeveer op de Libelle Huishoudbeurs. Bomvol kraampjes met glossy boekjes en heerlijke broodjes gesponsord door de Big Farma. De werkelijkheid is anders. En sponsoring is voor deze journaliste natuurlijk sowieso fout. De Big Farma heeft er immers belang bij dat mensen ten onrechte een diagnose gebruiken om zich te onschuldigen voor dingen die hun leven anders zijn gegaan dan ze hadden gehoopt. Want veel diagnostiek betekent veel pillen. En veel pillen betekent heel veel geld.
Het is nogal simpel geredeneerd. Maar dat is dan ook de bedoeling, het verhaal moet immers smeuïg zijn en lekker bekken. Natuurlijk erken ook ik de invloed van de farmaceutische industrie. Maar wat mij betreft is er ook een andere kant aan het verhaal. Die andere kant is het doen van degelijk, goed onderbouwd, wetenschappelijk onderzoek. En om dit überhaupt goed te kunnen doen hebben we nou eenmaal de expertise van artsen en psychiaters nodig. En o ja, ook geld. Om medicijnen te kunnen ontwikkelen én goede zorg.
In die zin heb ik geen enkele moeite met de Big Farma. Iedereen die ziek is vindt het vanzelfsprekend om naar de dokter te gaan en als het nodig is medicijnen te krijgen om beter te worden. Dat ligt voor mij bij ADHD simpelweg niet anders. Ja, natuurlijk is er is een commercieel belang. Maar dat commerciële belang heeft bijna iedereen. Want we kunnen ons werk met nog zoveel liefde en bezieling doen, we krijgen er tegelijkertijd ook allemaal gewoon voor betaald. Dat is nou eenmaal bij de meeste betaalde banen zo. Dat is geen liefdadigheid op vrijwillige basis.
Ja, we moeten bij de les blijven. Uitkijken dat de invloed van de Big Farma niet te groot word. Maar ik ga er vanuit dat het grootste deel van de artsen dit ook prima kunnen. Uitzonderingen op de regel zullen er natuurlijk altijd zijn, maar een arts met banden biedt in mijn ogen helemaal geen minder goede zorg dan een arts zonder deze banden. Zelf heb ik inmiddels trouwens ook lijntjes met de grote, boze farmaceutische wereld. Mijn boek doet namelijk mee aan de boekenactie van een leverancier van medicijnen. Hier verdien ik iets mee, maar maakt mij dit nou een minder betrokken hulpverlener? Het antwoord is nee. Het is wat mij betreft alleen maar fijn dat meer mensen mijn verhalen zullen lezen, in de hoop dat ze er hun voordeel mee zullen doen. In het belang van patiënten met ADHD.
Dit belang had de volkskrantjournaliste duidelijk niet voor ogen. Zij had enkel het belang om met een smeuïg verhaal te scoren. En dit effect zal ze, met het artikel, ook bij veel niet kritische lezers hebben bereikt. Het compleet uit de context getrokken verhaal zal bij veel mensen met ADHD aankomen als een ijskoude douche. Want uiteindelijk is het niet het ADHD Netwerk, maar zijn het de patiënten, met ADHD, die wéér een schop na krijgen. Maar tegelijkertijd ben ik er gelukkig ook van overtuigd dat zij, samen met alle wél kritische lezers, verstandig genoeg zijn om met deze krant over een paar dagen gewoon de kattenbak te verschonen.